Episode 4

EEN APENLAND…

Louis Coetzee was me dus wél nog wat schuldig en bovendien had ik hem twee vuursteentjes voor zijn Zippo gegeven, iets wat in Zuid-Afrika blijkbaar moeilijker te vinden is dan diamanten. Hij nodigde mij dan ook uit op zijn verjaardagsparty op zaterdagavond en hij zou mij komen oppikken, omdat ik nu eenmaal niet over transport beschik en het huis dat hij met een paar collega's betrekt toch wel een drietal kilometer verder ligt.
Op donderdag: "Saturday-evening at 18.00 Hr. OK?". Natuurlijk OK.
Op vrijdag: "Anton, tomorrow at 18.00 Hr. Don't forget!". Natuurlijk niet.
Diezelfde avond zit ik bij een groepje op het terras en een Canadees vertelt dat hij op zondag naar gorilla's gaat kijken en hij zoekt nog een paar medereizigers, kwestie van beter te kunnen onderhandelen over de toegangsprijs. Ikke kandidaat natuurlijk, naast een stuk of vier anderen.
De grote organisator, een Canadees met de naam 'Charles', maar die zichzelf 'Chuck' laat noemen, vertelt dat het een unieke ervaring is om een 'silverback'-mannetjesgorilla in het wild tegen het lijf te lopen. Daarbij tonen zijn uiterlijk en zijn gebaren aan dat hij écht uitkijkt naar een confrontatie met zijn naaste familie. We zullen er trouwens vroeg moeten voor opstaan, want de afspraak met de hoofdconservator van het apenpark is om 09.30 Hr en het is ongeveer een uur en een kwart rijden. Vertrek stipt om 08.00 Hr dus. Op mijn vraag naar de kostprijs van de trip zegt hij dat we er toch 250 dollar moeten voor meenemen. Dat is wél even slikken, want dat is een hoop geld, maar hij stelt ons gerust en zegt dat, wanneer het groepje groot genoeg is, we wel zullen kunnen afpingelen tot 100 dollar per persoon. Dat klinkt al beter, alhoewel het nóg veel geld is om een paar apen te zien.
Maar ja, gezeid is gezeid, hé.

Op zaterdagavond, rond 17.30 Hr, zit ik, fris gewassen en geschoren, op het terras te wachten op Louis, terwijl ik aan het genieten ben van een "Mütsig". Uit welk land dit bier stamt weet ik niet, maar het is het énige min of meer genietbare. Daarnaast is er ook nog "Sköll" en "Primus", maar die hebben zodanig dicht bij Heineken gelegen dat het voor een Belg gewoon niet te doen is. En "Duvel" is hier helaas nog niet uitgevonden.
Om 18.00 Hr nog geen Louis te zien en om 18.30 Hr nog altijd niet.
Ondertussen zijn er een paar Fransen op het terras komen zitten en we raken in gesprek. Ik vertel hen dat we 's anderendaags gaan apen-kijken en ze zijn onmiddellijk vol enthousiasme. Voilà, nog een paar kandidaten bij om de prijs te drukken.
Rond 21.00 Hr ben ik het wachten op Louis beu en duik dan maar de koffer in, want tenslotte is het morgen vroeg dag.

Kukeluku, zondagmorgen om 07.30 Hr en weer zit ik fris gewassen en geschoren te wachten op het terras, maar nu op Chuck.
Om 08.00 Hr geen Chuck of compagnie te zien en om 08.15 Hr nog altijd niet.
Rond 08.30 Hr komt een pick-up met de twee Fransen erin het terrein opgestoven. Ze vragen natuurlijk naar AL die anderen, maar wanneer vijf minuten later nog niemand opgedoken is, besluiten we maar op eigen houtje te gaan. Eén van de Fransen denkt de weg te kennen, maar rijdt niet graag met de pick-up (hij heeft die geleend van iemand anders) en de andere heeft geen rijbewijs. De Belg is dus weer de pineut.
Tot mijn eigen verbazing vinden we het park relatief gemakkelijk en tot mijn nog grotere verbazing blijkt één van de medestichters ervan een Bruggeling te zijn die naast de ingang begraven ligt. Fotootje van het graf genomen, natuurlijk.
De hoofdconservator zegt dat we al wat laat zijn (het is ondertussen ongeveer 10.30 Hr), want het is zéker nog een dik uur stappen en vanaf de middag beginnen de gorilla's te fourageren en zou het kunnen gebeuren dat we geen aap meer in het vizier krijgen. Voor de rest is hij zéér vriendelijk én onverbiddelijk: voor minder dan 200 dollar komen we er niet in, maar hij belooft wel: niet tevreden, geld terug. Hij drukt ons ook op het hart: wanneer de mannetjes-gorilla aanvalt mogen we in GEEN GEVAL achteruitgaan of weglopen, want dan schijnt zo'n beest te denken dat ge iets kwaads in het schild aan het voeren zijt en hij kan daar niet zo erg mee lachen.
We vertrekken achter een camionnetje met vijf gewapende parkwachters, waaronder een juffertje van naar schatting een twintigtal lentes, tot aan een soort vervallen fabriekje, stappen daar uit en volgen de parkwachters doorheen een theeplantage tot aan de rand van het oerwoud. Daar staan ons drie kleine negers op te wachten. Neen, geen overlevenden uit de roman van Agatha Christie, maar échte Bantoes. Klein, pezig, harde werkertjes (ze mogen bij mij altijd komen metsen of in 'den hof' werken) en verdomd handig met een machete. Met één houw hakken ze een tak van een zestal centimeter door en met twee houwen is een tak van een dikke tien centimeter er ook aan voor de moeite. Zo banen we ons gedurende een klein uurtje een weg door het oerwoud, dat in feite gewoon een zéér dicht bos is.
Opeens houden ze halt op een paar meter van iets dat in het struikgewas aan het grommen is. Dat 'ding' springt naar voor onder veel lawaai van brekende takken, blijft echter nog onzichtbaar en gaat dan, weer met veel gedruis en geknak, naar achteren. De 'toeristen' worden met gebaren naar voor geroepen, want blijkbaar is DIT het fenomeen waarvoor ze gekomen zijn. De takken worden verder weggehakt en openen het zicht op een kleine open plek. Aan het andere eind, op zo een kleine zes meter, zit een zilverrug mannetjes-gorilla in al zijn glorie.
Toch wel imposant, zo'n 250 Kg spieren.
Plots springt hij op en in een fractie van een seconde nadert hij tot op een tweetal meter, zwaar met de armen zwaaiend en luid brullend. Nu mogen ze u nog duizend keren zeggen dat het zéér ongezond is om op een dergelijk moment weg te lopen, maar uw instinkt vertelt toch héél andere dingen. Gelukkig zijn er daar echter nog die parkwachters mét Kalashnikov, die vlak ACHTER u staan en u met zachte dwang beletten te vluchten. Wat is dodelijker: een afstormende gorilla of een 7.62 mm? Voordat ge het dilemma kunt oplossen, stopt het beestje echter, draait zich om en gaat zich een beetje dieper in het struikgewas opnieuw installeren. Het spelletje 'gaatje-kappen, fotootje trekken, aanvalleke doen en terugtrekken' (hij kent duidelijk iets van 'het vertragend gevecht') herhaalt zich zo een paar keer en we worden stilaan driester en driester. Tot…
Tot er vanuit het struikgewas schuin achter ons een 'piep' komt, hij weer vooruit stormt, maar nu zonder te stoppen ons op een kleine meter passeert, ondertussen één van onze negertjes een ferme duw verkoopt en zich daarna weer breeduit in het struikgewas gaat installeren. Blijkbaar waren we, zonder het te weten, tussen 'moeder mét kind' en 'verantwoordelijke vader' geraakt en madam had meneer onmiddellijk ter orde geroepen.
We besluiten dan maar wijselijk om hen de zondagsrust te gunnen en terug te keren.
Toch wel een unieke ervaring, maar wel niet goed voor hart- en bloedvaten.

Tijdens het nakaarten op de parking aan de ingang van het park (plaats van het overhandigen van de nodige 'matabiche' ofte drinkgeld aan de parkwachters), blijkt dat het parkwachtjuffertje inderdaad twintig jaar oud is en al sedert haar achtste in alle mogelijke oorlogen in Afrika heeft meegevochten. Maar nu heeft ze een vaste job: jagen op stropers. Want die schijnen er genoeg te zijn. Voornamelijk de Interahamwé, Hutu's die in '94 de slachting in Rwanda hebben aangericht, daarna door de Rwandese Tutsi's onder Kagame verjaagd zijn en gevlucht richting Congo en vanuit de heuvels nog regelmatig (volgens Rwanda dan toch) aanvallen uitvoeren op Rwanda.

Op maandagmorgen komt Louis armenzwaaiend op mij afgestormd. "Sorry, sorry, sorry, Anton. I forgot You totally. Can You ever forgive me?".
En een half uurtje later loop ik ook Chuck tegen het immense lijf:" Sorry, I did not feel well. This Congolese apefood, You know! But was the visit OK?"
De 'visit' was zéker OK en misschien is dit wel een apenland, maar de echte apen zijn ten minste op hun afspraak.


Episode 5

Home

Boek kopen? Surf naar © 2006 Free Musketeers!