willekeurig
hitparade
plaats
soort
naam
element
stijl
architect
vroeger
main
(Ref:0000648)




Toon map op Google Maps

Onze-Lieve-Vrouw van Basse-Wavre basiliek te WAVRE / WAVER
(Rue du Calvaire 2)

Uw punten :
(Stem 1 indien u dit erg lelijk vindt, 10 voor iets bijzonder prachtig)





: Voorgevel: Vooraanzicht: Kruisweg volledig in halfreliëf
Klik op de kleine foto's om ze te vergroten, klik op de grote foto voor een maxi-formaat.

Dankzij het opzoekingswerk Jean Pierre Pottelancie kennen we de naam.

Frits Schetsken: 'Niet zomaar een kapel, maar een heus bedevaartsoord. En veel ouder dan Lourdes, Fatima of het Belgische Beauraing, want van rond het jaar 1050. Aan de vooravond van het feest van de Maagd Maria horen boeren uit Bas-Wavre hemelse klanken boven de nabije moerassen. Dichterbij gekomen zien ze engelen in een wonderlijk licht. Ze beschouwen hun gewaarwording als een teken om een kapel te bouwen. Maar het heet daar niet voor niets Laag-Waver, dus kiezen ze een heuvel om hun kleine heiligdom op te richten. Als ze reeds enkele muren opgemetseld hebben, blijken die de volgende dag volledig verplaatst naar een plek te midden van het moeras. Ze geven het niet direct op, maar slaan opnieuw aan het metselen. Dit keer houden ze er ’s nachts de wacht bij en dan zien ze om middernacht Maria tussen de engelen verschijnen, die de boeren even op hun nummer zet: Ik zal in het dal wonen, daar heb ik zelf voor gekozen! Tja, dan wordt die kapel maar op een lagere plek gebouwd. Kort daarop vinden onze bouwers nog een prachtig kistje, dat volgens hen recht uit de hemel is komen vallen en dus wordt het meteen maar in hun kapel geplaatst.

Aan het begin van de 12de eeuw komt de kapel in handen van de benedictijnen van het klooster in Affligem en zij wijden die zowel aan Maria als aan Sint-Pieter. De Leuvense graaf Godfried met de Baard schenkt hen drie relikwieën uit Palestina, die in het mooie kistje worden bewaard. Een relikwie is een stukje bot van een heilige, een stuk van zijn of haar kleding of een voorwerp waarmee zo’n heilige in contact is geweest. Godfried komt aandraven met een splinter van het Heilige Kruis, waaraan Christus op Golgotha heeft gehangen. Dat zou eeuwen later zijn gevonden door Helena, de moeder van de Romeinse keizer Constantijn, die het christendom als rijksgodsdienst heeft ingevoerd. Dat kruis is dan volledig aan spaanders gegaan en uitgedeeld aan heel wat personen, die hun stukje weer aan tal van kerken hebben geschonken. Daarnaast kreeg de kapel van Bas-Wavre nog relikwieën van de Heilige Maagd, haar ouders Anna en Joachim en van Johannes de Doper.

In 1152 gaan de benedictijnen met het kistje naar Brussel om het te laten bedekken met kostbaar metaal door de smeden van de Marollen, zodat het een echt schrijn wordt. Juist in die dagen wordt Brussel getroffen door een uitbraak van de pest. De abt van Affligem laat het schrijn in de Sint-Nicolaaskerk nabij de Brusselse Grote Markt plaatsen en inderdaad, de pest stopt. Eigenlijk wil de abt het schrijn nu meenemen naar Affligem, maar hij krijgt het niet van zijn plaats. Pas wanneer monniken van de priorij in Basse-Wavre arriveren, lukt het hen met het grootste gemak. Dus wordt het schrijn weer meegenomen, begeleid door een grote mensenmassa, naar zijn oorspronkelijke plaats in de priorijkerk van Bas-Wavre.

Tijdens de godsdienstoorlogen van de 16de eeuw wordt het schrijn vernield. Maar in 1628 laat mgr. Jacob Boonen, aartsbisschop van Mechelen, maar ook abt van Affligem, een nieuw en groter schrijn maken met de belangrijkste momenten uit de geschiedenis van de kist uitgebeeld in een reeks medaillons op de zijkanten. Wat meer ruimte in het schrijn is ook welkom, want in die 17de eeuw komen er liefst zeventien nieuwe relikwieën de drie oorspronkelijke – die gered zijn – vergezellen, twaalf ervan zijn van martelaren, vijf van heiligen die minder pijnlijk die verering hebben verworven. En als je weet dat een heilige op verzoek van een gelovige wel een goed woordje wil doen bij God zelf om voor een wonderbaarlijke tussenkomst bij problemen te zorgen, trekt dat natuurlijk bedevaarders aan. Zeker wanneer daar in 1640 nog een gemarmerd (wit geschilderd) eikenhouten beeld van 1,70 m van Maria bij komt. Het is niet door de minste gemaakt, Lucas Fayd’Herbe uit Mechelen. Dat beeld wordt geplaats onder een zogeheten alliantieboog, die de ark des verbonds met de stenen tafelen van Mozes verbeeldt als symbool van vrede en eendracht bij twisten, met daarop Maria’s hierboven geciteerde wens bij haar verschijning aan de boeren. Dat Mariabeeld krijgt een pauselijke kroning op 26 juni 1897 van Leo XIII. Vanaf die datum wordt ook het reliekschrijn om de 25 jaar geopend ter controle van al die relikwieën en komen er regelmatig nieuwe bij, waarover hierna meer details.

De Affligemse benedictijnen hadden deze kerk als kloosterkerk bij hun priorij laten bouwen. Maar wanneer zij eind 18de eeuw door de revolutionaire Fransen worden verjaagd, wordt het vanaf 1805 voortaan de parochiekerk van Bas-Wavre. Maar toch een bijzondere, want intussen is er ook een grote toeloop van bedevaarders ontstaan, die jaarlijks op de zondag na 24 juni – het feest van Johannes de Doper – een ommegang houden, de Grand Tour. Om 14 uur vertrekken ze met het schrijn uit de kerk, om dan een zeven en een halve kilometer lange wandeling te ondernemen langs zo’n twintig kapelletjes en muurkapellen, waarbij de bevolking van Bas-Wavre de huisgevels versiert. Aan deze bedevaart nemen ook groepen van andere bedevaartsoorden deel. Voorop loopt een wit paard met het wapen van Bas-Wavre en de pelgrims worden onderweg nog ontvangen in de Sint-Jan de Doperkerk van de stad Wavre. Op het eind van de Rue de Namur aldaar wordt aan de pelgrims de wastia meegegeven, een brood van 17 kilo, versierd met bloemen. Bij terugkeer bij de kerk van Bas-Wavre wordt het in de Maria Paciszaal verdeeld onder de pelgrims als bescherming tegen diverse ziekten.

Bij de grootse processie voor 900 jaar Onze-Lieve-Vrouw van Vrede en Eendracht in 1951 is het reliekschrijn geopend en zijn er nog eens een flink aantal relikwieën ingestapt van heiligen als Medardus – die regen brengt en dus patroon van de paraplumakers is -, Don Bosco van de jeugd, Marie-Thérčse Soubiran van Lourdes, Lutgard als patrones van Vlaanderen (en dat in Wallonië), de Martelaren van Gorkum – wier enorme schrijn in de Brusselse Sint-Nicolaaskerk staat – en Gertrudis van Nijvel, die ratten uit de graanzolders houdt. Dat toevoegen van relieken is stilaan een traditie geworden, in 1957 kwam Maria Goretti het gezelschap vervoegen, in 1997 stapte pater Damiaan in, in 2000 was het de beurt aan Franciscus van Assisi, 2009 zag Moeder Theresa komen. De volgende opening is gepland in 2022.

In 1999 is de kerk door paus Johannes Paulus II tot (kleine) basiliek verheven. Dat is een eretitel voor kerken die iets bijzonders hebben, in dit geval de gekroonde Heilige Maagd en de bedevaart. Als kentekens zie je in zo’n basiliek een klein koperen klokje op een standaard (het tintinnabulum) en een rood-gele baldakijn (het conopeum). België telt heel wat basilica minor, de basilica maior of grote basilieken vind je enkel in Rome en dat zijn er slechts vier.

Binnen in deze basiliek kan je als bedevaarder ook Petit Tour maken achter de Mariakapel. Daar is achter het vroegere altaar in de stenen vloer een pad uitgesleten van de talloze pelgrims die in de loop der eeuwen hier driemaal rond liepen. En wie zich dan nog onbeschermd voelt, brengt gewoon even een bezoekje aan het Mariapark aan de overzijde van deze kerk.'









Sponser
Belgium
View
Home
Bronnen
Privacy