Een kouter is in feite een verweerde landduin. De Koutermolen dankt zijn naam aan het feit dat hij daarop gebouwd werd.
De Koutermolen is de oudste banmolen van het Ambacht Kortemark. Vermoedelijk is zijn ontstaan gekoppeld aan het 'molenrecht' dat door graaf Gwijde van Dampierre rond 1281 aan Colard van Bavidam werd afgestaan.
De naam 'Coutermeulen' duikt reeds op in 1438. De hoge leeftijd van deze standaardmolen blijkt ook uit de ligging van de staak ver uit het midden. Destijds was de molen slechts van één steenkoppel voorzien. In de 17e of 18e eeuw kwam er een tweede koppel bij.
Na de Franse revolutie werden de bewoners zelf eigenaar van de Koutermolen. Voor 1818 was er al een rosmolen bijgekomen, om ook op windstille dagen te kunnen malen.
Tot 1875 had de molen een open voet. Daarna werd er een molenkot toegevoegd om daarin een oliestamperij te vestigen.
Tijdens de eerste wereldoorlog werd de molen zwaar beschoten. Hij moest dan ook gestut worden.
De laatste grote restauratie werd uitgevoerd in 1963-1967, op initiatief van eigenaar-molenaar Gabriël Vandenberghe. De spil doorheen de doorboorde staak kon nu ook de mechanische maalderij in het naastgelegen gebouw aandrijven. Niettemin werd nog weinig met de wind gemalen, maar vooral met een elektrische motor.
Momenteel dringen zich opnieuw herstellingen op.
Eddy en Ginette Kesteloot - Casier: 'Wij hebben vandaag op onze weg naar Diksmuide de molen in de verte zien staan, en hebben die dan opgezocht om er foto's van te nemen daar mijn vrouw graag molens zie.Dat hebben wij dat ook gedaan en ze zijn echt prachtig het moeten niet altijd perfecte molens zijn, maar de Koutermolen is iets speciaals.
Maar het zou toch spijtig zijn moest die molen teloor gaan.'
Français
English
  
|
